Druiven

STADTBREDIBUS, 25 juli 2015 / Ik sta vanochtend met gemengd gevoel op. Het heeft gisteren behoorlijk gestormd, en ook voor vandaag wordt er regen verwacht. Een blik naar buiten leert dat het meevalt – af en toe een bui. Ik ontbijt, als enige gast in het hotel, en pak mijn spullen in. Eerst even langs de Lidl, voor mijn standaard proviand: brood, droge worst, appels en studentenhaver.

Ik loop langs de Moezel de stad uit. Het pad gaat een paar keer onder, naast en over de snelweg. Na anderhalf uur maak ik me los van de snelweg en daal af naar Grevenmacher, een leuk stadje aan de Moezel. Hier begint het Luxemburgse wijngebied. Ik klim en loop vervolgens urenlang hoog boven het dal, wijngaarden alom. Soms loop ik door het bos op de kam, of tussen de wijngaarden door. De Moezel glinstert in de diepte en in de verte. Af en toe daal ik af naar een van de dorpjes langs de Moezel – Machtum, Ahn, Wormeldange, Ehnen. Om daarna weer terug te klimmen naar de hoogte. In de dorpjes is alles wijn.

De wijngaarden zijn groen, mooi groen. De ranken hangen barstensvol trossen druiven. Ze hangen als eenbenige dronkaards tegen de touwen. Soms lijken ze op ballerina’s, op één been en de handen wijduit. De druiven heten “Grand Premier Cru” en “Charta Schengen Prestige”. Dat klinkt mooi, maar of het nou chique wijnen zijn, of dat de naam de matige kwaliteit moet maskeren, dat weet ik niet. Ik loop langs de wijndomeinen Caves Bernard-Massard en Domaine Viticole Kohll-Leuck. Ook dat klinkt chique. Ik voel me verwend om hier te mogen wandelen.

Zo wordt het ondanks de regen die bij vlagen neervalt een mooie wandeldag. Ik loop rond zes uur het dorpje Stadtbredibus binnen voor een bed en de pizza met één consumptie, zoals beloofd door mijn AirBnB-gastheer.